Droom Suriname naar WK 2014 leeft

De Surinaamse Voetbalbond (SVB) heeft het verlangen om in 2014 deel te nemen aan het wereldkampioenschap voetbal in Brazilië niet losgelaten...

De Surinaamse Voetbalbond (SVB) heeft het verlangen om in 2014 deel te nemen aan het wereldkampioenschap voetbal in Brazilië niet losgelaten. In het beleidsplan 2010-2013, dat vrijdag is goedgekeurd, is plaats ingeruimd voor een korte en middellange termijnplanning en de grondslag voor deelname aan het WK.

De toekomst van het Surinaamse voetbal en de mogelijkheden voor deelname aan het mondiaal toernooi van 2014 zijn in januari 2003 besproken op een voetbalcongres in hotel Krasnapolsky. Op die bijeenkomst zijn de congresgangers en de SVB-leiding door aanbevelingen aangemoedigd het streven vorm en inhoud te geven, omdat er talent aanwezig is in Suriname.
Zeven jaar later zal deze discussie weer oplaaien, terwijl vandaag de tweede halve finalewedstrijd in Zuid-Afrika wordt gespeeld tussen Spanje en Duitsland. Het uur van de waarheid is zondag wanneer het sluitstuk van WK 2010 zich aandient.

Vragen als 'is er reden om optimistisch te zijn over 2014?', 'was het een gedurfde uitspraak?', 'een onbezonnen gedachte?' of 'een droom die geen werkelijk wordt?' Louis Giskus, die drie maanden na het congres de leiding van de SVB overnam van Krish Bhoendie, zegt dat het congres een jaartal heeft genoemd en dat op basis van de voorstellen en aanbevelingen verder gewerkt wordt.

Als alle neuzen in één richting wijzen, denkt hij dat het mogelijk moet zijn Brazilië 2014 te halen. "In het beleidsplan, dat nu is goedgekeurd, zijn de hoofdlijnen uitgestippeld en zullen commissies aan het werk gaan om uit te werken de stappen die moeten leiden naar Brazilië. Met een goede organisatie en begeleiding zou Suriname op het eindtoernooi kunnen zijn. Dat is één van de conclusies die is genomen op het congres", aldus Giskus.

Jeu Sprengers, de intussen overleden voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (KNVB), was op het congres aanwezig. Volgens Giskus zei hij dat bij een goede organisatorische aanpak het niet onmogelijk is dat Suriname het eindtoernooi haalt. De KNVB zegde alle medewerking toe.

Stappen
Op het congres is gepleit voor goede infrastructuur, met name geschikte voetbalvelden. Rond die periode zijn volgens Giskus stappen gezet om het kunstgrasveld aan te leggen in het Franklin Essed Stadion.

De SVB-voorzitter zegt dat een pad uitgezet is om de vorming bij de jeugd aan te pakken en mee te doen aan alle internationale toernooien in de verschillende U-klassen. Bestuurskader dat het proces moet helpen begeleiden is in de gelegenheid gesteld trainingen te volgen.

Giskus wijst er op dat de nationale selectie van Suriname binnen de twaalf teams is geëindigd dat in de Concacaf-zone en heeft meegedaan aan de kwalificatiewedstrijden voor een plaats in het eindtoernooi in Zuid-Afrika. Mexico, Verenigde Staten en Honduras plaatsten zich. "Dus als wij dat punt aanhouden en verder werken, is de mogelijkheid niet uitgesloten Brazilië te halen. Het is eenvoudig gezegd, maar nog niet eenvoudig gedaan. Er is veel werk aan de winkel. Op de ranglijst van de Fifa willen wij dit jaar of begin volgend jaar duiken beneden de 100ste plaats."
Giskus zegt dat de aanloop naar het Olympisch toernooi gezien moet worden als een tussenfase om het WK te bereiken. "Wij zijn in januari gestart om de Olympische selectie samen te stellen en daarmee een basis te leggen voor een jong team dat klaargestoomd wordt om goede resultaten te halen op weg naar de Olympische Spelen. Het is een belangrijk meetmoment voor de andere stap naar het WK in Brazilië."

Hij betreurt dat het Digicel-toernooi is verschoven. Mede daardoor is de Nederlandse trainer Kees Zwamborn vertrokken zonder dat er geprofiteerd is van zijn volledige bijdrage aan de Olympische selectie.

Werkgroepen
Op de vraag welke concrete stappen al zijn gezet als voorbereiding op het WK in Brazilië, merkt Giskus op dat het beleidsplan voorziet in het verbeteren van de infrastructuur waar al aan gewerkt wordt. "Omdat voetballen op goede velden een vereiste is om vooruitgang te boeken."

De Stichting Instituut Sportopleidingen (Siso) zorgt voor de opleiding van trainers, wat ervoor moet zorgen dat de target gehaald moet worden om de clubs te voorzien van gekwalificeerd technisch kader. Dat moet weer gaan resulteren tot verbetering van het spelpeil. "Met eigen middelen, ondersteuning van de Suriprofs en de KNVB en met gelden verkregen uit de pot van de Fifa proberen wij de projecten te financieren. Door het realiseren van de randvoorwaarden werken wij naar een bepaald punt toe. De hele entourage rondom het team moet gezond gemaakt worden en voor de jongens moet het prettig toeven zijn in de selectie."

Hij weet dat zijn organisatie alleen de weg naar een eindtoernooi niet zal kunnen afleggen. Zoveel mogelijk personen die met de voetballerij bezig zijn zullen bij het proces betrokken worden. "Wij gaan een aantal commissies in het leven roepen om plannen te schrijven en richting te geven aan het beoogde doel."

Eén van de commissies zal zich bezighouden met sponsoring van het kostenplaatje, dat gemaakt zal worden om alle stappen die gezet worden naar het eindtoernooi te financieren. Een blauwdruk voor het hele traject is er nog niet maar gaandeweg zal er meer duidelijkheid hierin komen. "Belangrijk is dat goede managers, die een vooruitgeschoven positie in de samenleving hebben, al in de startblokken staan om samen met anderen het werk te doen", zegt Giskus.

Positieve beinvloeding
Over het aanhoudend verschijnsel van slecht trainingsbezoek van spelers in de nationale selectie vindt Giskus dat het een maatschappelijk probleem is waar nog geen pasklaar antwoord voor bestaat. "Gegeven de omstandigheden zullen wij ons moeten blijven inzitten het gedrag van de spelers positief te blijven beïnvloeden, zodat degenen die een scheve schaats rijden op den duur tot het besef komen dat zij geroepen zijn om een job voor hun land te doen wat een grote eer is. Bedreigingen en uitdagingen in dit opzicht die op ons afkomen verdienen extra aandacht."

Giskus staat er positief tegenover dat personen die belast zijn met de nationale selecties de probleemgebieden zullen identificeren en oplossingmodellen aandragen.